
Davidsfonds bestaat 150 jaar
Op 15 januari 1875 richtten enkele bestuursleden van de studentenvereniging ‘Met Tijd en Vlijt’, met steun van de pastoor Lodewijk Schueremans, het Davidsfonds op in de pastorie van Wilsele, vandaag deelgemeente van Leuven. De uitgesproken Vlaamsgezinde en katholieke cultuurvereniging kreeg de naam ‘Davidsfonds’ als eerbetoon aan de Leuvense hoogleraar en kanunnik Jan Baptist David. Het initiatief was een reactie op de oprichting van het Willemsfonds in 1851.
Het katholiek geïnspireerde fonds had van bij de oprichting drie doelstellingen: cultuur toegankelijk maken voor iedereen, het gebruik van het Nederlands stimuleren en een gemeenschapsgevoel en nationale trots bevorderen. Vandaag, 150 jaar later, is het Davidsfonds nog steeds springlevend, met meer dan 300 afdelingen in Vlaanderen en Brussel, en jaarlijkse nationale evenementen. Het 150-jarig bestaan wordt in 2025 uitgebreid gevierd. Ook de Canon van Vlaanderen neemt deel aan het feestelijk cultuurjaar. Lees er meer over in het interview met secretaris Wim Heylen in het ledenblad van Davidsfonds Het accent op Brussel van maart. Of kom naar de lezing van prof. dr. em. Katlijne Van der Stighelen, ondervoorzitter van de stichting Canon van Vlaanderen, op donderdag 16 oktober in het Vlaams Parlement.
Jan-Baptist David (1801-1866) en het Davidsfonds komen aan bod in het venster over Hendrik Conscience en de Vlaamse beweging. David ijverde voor het gebruik van een uniforme, verzorgde Nederlandse schrijftaal in schoolboeken. Het oeuvre van Conscience kon hem minder bekoren vanwege het gebrek aan katholieke inslag.